donderdag 26 maart 2009

ochtend

Er zijn van die dagen, dat je knorrend van geluk wakker wordt. De handen onder je hoofd en de warmte van je dekens... Het geluid van de wekker maakt je wel wat mismoedig, maar je hebt het gevoel dat je het aankan. Er schijnt een zonnetje dwars door de vergane gordijnen heen. Een heerlijke opening verraad de zon. Mijn meissies strekken de rug, net als ik dat doe... De een komt langzaam op gang door enigszins verwilderd de slaap van zich af te gooien, zich langzaam strekkend uit de bermudadriehoek van mijn in foetushouding liggende benen. De ander, die zich een hele nacht heeft genesteld in de holte van mijn borst en buik, sluipt naar mijn mond... ff ruiken, ff neuzen...

Samen kijken we naar de zon, doen een poging in elkaar te kruipen. We knipperen naar elkaar en mijn hand gaat over de ruggetjes en als vanzelf vallen ze om... even de buikjes aaien, even de neus, even zoenen... En na een paar keer luidruchtig te hebben gegeeuwd, alsof ik een wookie nadoe sta ik op...

Ik verlang dan naar vloerverwarming en koude sneeuw die buiten ligt. Mezelf bijna verwennen met een heerlijk glas gluhwein of warme choco met rum. Een horrorfilm die alle kneusigheid versterkt en dan als ik weer zo zat ben als een aap... lekker in het zonnetje liggen woelen met mijn meissies... een mooie plaat op en maar staren naar de zon... Totdat je blind wordt van het verblindende licht en gek wordt van blijde gedachten... Net zolang tot je compleet uitgemergeld de kermis van je plafond en de achtbaan in je buik hebt bedwongen en weer wacht op die mooie ochtend, de neuzen bij elkaar en vrijen alsof je nooit een vrouw hebt gehad...

donderdag 19 maart 2009

Egypte

Na twee biertjes in de trein te hebben genomen viel het inchecken van de bagage redelijk mee. Je papiertje laten zien, ff de koffers laten wegen en voor we het wisten waren we klaar. Dan alleen de douane nog... maar zelfs dat viel mee... Ik hoefde niet eens m'n gehele broek uit te trekken. (Ik had mijn rituele ontwijdingsmes niet in mijn handbagage gestopt... en dat was maar goed ook, want er waren behoorlijk wat mensen die een ware "goddelijke" castratie verdienden.)

Wat te doen, wat te doen... Zoveel tijd over en de moderne mens weet niet zijn tijd goed in te delen.... Dus: Eten, drinken en de doorzichtige tas volstoppen met hopelijk goedkopere spullen dan thuis... In mijn geval een literfles whiskey. Meer mocht een vriendelijk ogend mens niet meenemen. Na meer te hebben uitgegeven op Schiphol dan in de hele vakantie in de woestijn, stapten we in het vliegtuig. En daar kwamen de altijd weerzinwekkende, onogelijke en snobistische dames. Zij die het eten en de drank uitdelen op zo'n vlucht... De dames die ruiken naar pasgewassen linnen luiers en overdadige, dus dure parfums, die je ondertussen aankijken alsof je net bent klaargekomen op de stront van de krijsende babies die niet in toom te houden zijn. Babies, waarvan de moeders uit voorzorg al een mondmasker hebben voorgedaan...

Maar goed. Na een vlucht van ongeveer vier uur en drie wijntjes en twee whiskey's later kwamen we in Cairo. Het was plaatselijke tijd een uurtje of twee en we kwamen aan in het hotel. En daarna... uitslapen.. half tien gingen we naar de prachtige verbeelding die de pyramiden zijn...

En ja ze zijn prachtig. Als je ze van dichtbij zo ziet (althans wat je er van kan zien!) geeft het een dusdanige energie dat je als rechtgeaarde atheist, god of de goden om je heen voelt... Het is bijna niet te beschrijven... sterker nog: Het is niet mogelijk... Zo vreemd...

Met een gebogen rug en de knieen in negentig graden loop ik naar beneden... Mijn haar schuurt van het zand en mijn kleding smeekt om vocht... net als mijn keel... het wordt warmer en warmer... Buiten waar mijn moeder en de gids staan, is het maar een graad of 20. En binnenin dat driehoekige gevaarte wordt het alleen maar warmer en warmer... een simpele sauna is niet genoeg... Tigduizend ton steen leunt op mijn schouders, de longen schreeuwen om lucht... verse lucht... maar ook mijn hele spierstelsel verslapt

donderdag 12 maart 2009

erbarme mich (de teneergang van een simpele ziel)

Er schalt muziek uit de stereo. Waarschijnlijk een requiem... Mozart... De pijn in het lichaam, elke bot, elke zenuw, elke huid sterft bij de aanraking, zelfs de denkbeeldige...

Ik heb een nare smaak in mn bek, alsof ik na al die jaren een stuk vlees, ongekookt, ongebakken in mn mond heb gestopt en als een een gek heb lopen kauwen en achter mn kiezen heb verstopt.

Als ik zo wakker wordt en mijn hoofd krampachtig draai naar de slaapkamermuur, zie ik de dikke tieten van de playmate op mijn playboykalender... ik walg... Ik sla mn linkerhand naar het open gedeelte van het bed... en woel in iets nats...

Langzaamaan begint mijn verdorde geest, een herinnering te vormen...

Met uitgestreken gezicht zit ik weer op de bank, tv kijkend, en zie ik ze langsglijden, die irritante, kleine mensen, maar eentje springt er uit...

Het is Bach wat ik nu hoor: Erbarme dich... mein gott... en ja, dat is het...

Na een kwartier te hebben gekeken naar die verveelde gezichten, die flirtige schouders, die lonkende blikken schijn ik het besluit te hebben genomen: Ik pak 'r...

Ik kijk naar links in mn bed en zie het levenloze lichaam van mijn meissie liggen... de buik opengereten van kut tot borst en een dode blik...

Ik grijp naar mijn pijnlijke lichaam, er ligt koud staal naast mijn been... mijn handen wassen zich in bloed... het vlees van mijn heupen in de mond...

En ik kauw, kauw, kauw...